1. § Lokale heffingen

In deze paragraaf staat informatie over de gemeentelijke belastingen en gebonden heffingen, het beleid rondom de lokale heffingen, een overzicht van de tarieven, een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid en de lokale lastendruk.

Algemene uitgangspunten lokale heffingen
Belastingen en heffingen worden conform het tarievenbeleid met de inflatie gecorrigeerd. Het inflatiepercentage voor 2023 is 24,3%.

Woonlasten en tarieven
De gemeentelijke woonlasten bestaan uit de uitgaven van burgers aan onroerende zaakbelastingen (OZB), afvalstoffenheffing en rioolheffing. In deze paragraaf vergelijken we de woonlasten van vergelijkbare gemeenten met de lasten van Barendrecht.
De gebonden heffingen (Afvalstoffenheffing, Reinigingsrecht, Rioolheffing, Bedrijven Investeringszone (BIZ), Lijkbezorgingsrechten, Marktgelden en Leges) mogen wettelijk maximaal 100% kostendekkend zijn, inclusief toe te rekenen compensabele BTW, mutaties in voorzieningen en reserves en toe te rekenen kosten voor overhead. Voor de belastingtarieven van de OZB, toeristenbelasting en de hondenbelasting geldt dat de tarieven niet meer dan trendmatig stijgen (inflatiecorrectie). Er zal ingezet worden op het beperken van belasting- en (afval)tarieven verhogingen. We stellen een belastingnota op met de uitgangspunten (kaders) voor de heffing en inning van gemeentelijke belastingen, overige heffingen en het tarievenbeleid.

Algemene (beleids)ontwikkelingen

Benchmark woonlasten
Vanaf 2020 is de macronorm vervangen door de benchmark woonlasten van het Coelo. De benchmark beoogt, door middel van meer vergelijking, de informatievoorziening over de ontwikkeling van de lokale lasten te bevorderen. Deze informatie kunnen gemeenten gebruiken bij het maken van keuzes omtrent de ontwikkeling van de lokale lasten. De benchmark vergelijkt voor alle gemeenten de hoogte van de woonlasten voor een gezin (meerpersoonshuishoudens) met een koopwoning. 
Met de vergelijking van de gemeentelijke woonlasten en de gemeentelijke tariefontwikkeling worden de onderlinge verschillen tussen gemeenten inzichtelijker gemaakt. Het overzicht vergelijkt de tariefswijzigingen per gemeente en het cumulatieve bedrag van de onroerende zaakbelastingen, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing per gemeente.

Begrotingsregels en kostenonderbouwing tarievenberekening
Het BBV schrijft voor dat in de paragraaf lokale heffingen kostenonderbouwingen voor belastingtarieven moeten zijn opgenomen. Dit geldt in het bijzonder voor de gebonden heffingen. In deze paragraaf zijn de kostenonderbouwingen opgenomen volgens het BBV-model. Deze geven inzicht in de opbouw van de geraamde baten en lasten. Onderdeel van de begrotingsregels zijn richtlijnen voor de berekening van de overhead. De overhead wordt binnen de gemeentelijke begrotingen afzonderlijk zichtbaar gemaakt. In overeenstemming met de regels met betrekking tot de berekening van de overhead en de toe te rekenen kosten conform de financiële verordening van Barendrecht, wordt een opslag voor de kosten van overhead meegenomen in de tarievenberekening.
Het jaarlijkse percentage aan toerekenbare overhead wordt berekend door de totale overheadkosten vanuit de BAR-begroting en (deels) gemeentebegroting te delen door de overblijvende directe kosten van de BAR-begroting. Het berekende overheadpercentage per gemeente wordt vervolgens als toeslag berekend over de directe personeelslasten die specifiek aan de heffing/ het tarief zijn toe te schrijven.

 

 

Overzicht geraamde belastingen en heffingen

Onderstaand totaaloverzicht geeft u inzicht in de begroting geraamde opbrengsten van de ongebonden en gebonden heffingen. Voor de gebonden heffingen zijn ook de kosten van de dienstverlening en het dekkingspercentage opgenomen. De tarieven van gebonden heffingen mogen, zoals hiervoor is vermeld, maximaal 100% kostendekkend zijn.

 

Ongebonden heffingen 2022 2023 2024 2025 2026
Onroerende zaakbelastingen 10.913.800 11.411.400 11.509.000 11.630.500 11.662.400
Hondenbelasting 288.700 299.600 299.600 299.600 299.600
Toeristenbelasting 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000

 

 

Gebonden heffingen 2022 2023 2024 2025 2026
Afvalstoffenheffing 5.100.000* 6.279.800 6.325.100 6.281.200 6.441.800
Rioolheffing 3.249.600 3.357.200 3.358.200 3.375.100 3.397.200
*op basis van vast tarief (raadsbesluit 5 juli 2022)

Onroerende zaakbelastingen (OZB)

Terug naar navigatie - Onroerende zaakbelastingen (OZB)

De geraamde OZB-opbrengst wordt bepaald door de totale waarde van de onroerende zaken in het lopende belastingjaar te vermenigvuldigen met het dan geldende OZB-tarief. Er wordt hierbij rekening gehouden met een geschatte waardeontwikkeling van de WOZ en areaaluitbreiding. Bij de woningen wordt een waardestijging van 14% verwacht. Bij de niet-woningen een waardestijging van 1,7%.  Als gevolg daarvan en met toepassing van de inflatiecorrectie van 4,3%. dalen de tarieven voor woningen en stijgen de tarieven voor niet-woningen.

OZB tarieven 2023
Op basis van het voorgaande zien de tarieven OZB voor 2023 er als volgt uit:

Tarieven 2022 2023
Onroerende zaakbelastingen
Eigenaren woningen 0,1016% 0,0930%
Eigenaren niet-woningen 0,1870% 0,1918%
Gebruikers niet-woningen 0,1540% 0,1579%

Hondenbelasting

Terug naar navigatie - Hondenbelasting

De uitvoeringskosten voor het hondenbeleid (onder meer schoonmaken, toezicht houden, perceptiekosten,  losloopgebieden en afvalbakken) worden gedekt door de inkomsten uit de hondenbelasting. Hieronder is het overzicht opgenomen van de (jaar)tarieven van de Hondenbelasting. De tarieven zijn voor 2023 verhoogd met het inflatiepercentage van 4,3%.

Hondenbelasting 2022 2023
Eerste hond 105,90 110,40
Tweede hond 145,50 151,68
Derde en elke volgende hond 161,80 168,72
Per kennel 413,20 430,92

Toeristenbelasting

Terug naar navigatie - Toeristenbelasting

Het gaat hierbij om belasting voor overnachtingen in een hotel, camping of Bed & Breakfast. Voor 2023 blijft het tarief van € 0,75 per persoon per nacht gehandhaafd.

Afvalstoffenheffing

Terug naar navigatie - Afvalstoffenheffing

Afvalstoffenheffing wordt geheven om de kosten te betalen die de gemeente maakt voor het (laten) inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval. Voor de afvalstoffenheffing hanteren wij kostendekkende tarieven in combinatie met een inzet van de daarvoor gevormde voorziening.  

De in de afvalstoffenheffing te dekken kosten zijn als volgt bepaald:

Berekening kostendekkendheid afvalstoffenheffing 2023
Kosten van de activiteit vanuit de NV BAR Afvalbeheer 3.623.600
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 3.122.200
Inkomsten van de activiteit, exclusief heffingen -966.000
Netto kosten van de activiteit 5.779.800
Vanuit andere activiteiten toe te rekenen kosten 530.500
Overhead 211.200
BTW 1.167.800
Totale kosten 7.689.300
Opbrengst afvalstoffenheffing 6.279.800
Dekkingspercentage 82%

Voor 2022 was een nieuwe heffingssystematiek ingevoerd, een vast en een variabel deel, gebaseerd op de aangeboden hoeveelheid restafval die wordt aangeleverd. Op 5 juli 2022 heeft de gemeenteraad besloten om te stoppen met het variabele tarief voor afval. In onderstaande tabel is te zien wat de oorspronkelijke tarieven waren en wat de gewijzigde tarieven voor 2022 geworden zijn na kwijtschelding van het variabele deel.

Afvalstoffenheffing 2022 2023
Eenpersoonshuishoudens (oorspronkelijk tarief) 207,51 216,48
Kwijtschelding variabel deel -39,03
Eenpersoonshuishoudens (tarief na kwijtschelding) 168,48
Tweepersoonshuishoudens (oorspronkelijk tarief) 324,19 338,16
Kwijtschelding variabel deel -54,67
Tweepersoonshuishoudens (tarief na kwijtschelding) 269,52
Huishouden van 3 of meer personen (oorspronkelijk tarief) 379,43 395,76
Kwijtschelding variabel deel -77,99
Huishouden van 3 of meer personen (tarief na kwijtschelding) 301,44

Rioolheffing

Terug naar navigatie - Rioolheffing

Het uitgangspunt van de rioolheffing is om gemeenten in staat te stellen de kosten te betalen die samenhangen met de gemeentelijke watertaken. De rioolheffing wordt geheven bij gebruikers van woningen en niet-woningen. Er is een tariefdifferentiatie op basis van een-, één twee- en een meerpersoonshuishouden. Bij de rioolheffing voor gebruikers van niet-woningen is sprake van een gecombineerde heffingsmaatstaf. Hier wordt de hoogte van de aanslag bepaald door een percentage van de WOZ-waarde, verhoogd met een gestaffeld tarief per m3 waterverbruik. Bij het bepalen van het tarief voor niet-woningen is rekening gehouden met de waardeontwikkeling van de niet-woningen.  De tarieven zijn voor 2023 verhoogd met 3% conform het Gemeentelijk Rioleringsplan 2018-2022. 
De in de rioolheffing te dekken kosten zijn als volgt bepaald:

Berekening kostendekkendheid rioolheffing 2023
Kosten van de activiteit vanuit de BAR-organisatie 402.800
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 1.342.800
Dotatie voorziening vervanging riolering 1.435.000
Aanwending voorziening beklemde middelen -1.255.400
Netto kosten van de activiteit 1.925.200
Vanuit andere activiteiten toe te rekenen kosten 527.600
Overhead 380.500
BTW 523.900
Totale kosten 3.357.200
Opbrengst rioolheffing 3.357.200
Dekkingspercentage 100%

De tarieven rioolheffing zien er voor 2023 dan als volgt uit.

Rioolheffing woningen 2022 2023
Eenpersoonshuishoudens 63,60 65,40
Tweepersoonshuishoudens 122,16 125,76
Huishouden van 3 of meer personen 187,68 193,20
Rioolheffing niet-woningen 2022 2023
Percentage van de WOZ 0,0410% 0,0421%
met een maximum van 3.700,00 3.700,00
Overige gebruikers:
van 0 m3 t/m 20 m3 0,00 0,00
van 21 m3 t/m 500 m3 84,00 86,52
van 501 m3 t/m 1.000 m3 460,00 473,80
van 1.001 m3 t/m 1.500 m3 923,00 950,69
van 1.501 m3 t/m 2.000 m3 1.669,00 1.719,07
van 2.001 m3 t/m 3.000 m3 2.464,00 2.537,92
van 3.001 m3 t/m 4.000 m3 4.640,00 4.779,20
van 4.001 m3 t/m 8.000 m3 6.241,00 6.428,23
van 8.001 m3 t/m 15.000 m3 9.237,00 9.514,11
meer dan 15.000 m3 13.573,00 13.980,19

Overige heffingen en rechten

Terug naar navigatie - Overige heffingen en rechten

Leges burgerzaken, omgevings- en APV-vergunning
Voor producten en diensten die de gemeente aan burgers, bedrijven en anderen verleent, worden leges in rekening gebracht. De belangrijkste hiervan zijn de leges voor burgerzaken (paspoort, rijbewijs, huwelijksvoltrekking, enz.), aanvraag APV-vergunningen en omgevingsvergunningen. Bij de bepaling van de hoogte van de legestarieven wordt gekeken naar de kostendekkendheid. De leges worden geheven voor verstrekte diensten en producten. Een aantal tarieven van leges zijn wettelijk gemaximeerd, zoals het tarief voor paspoorten, aanwezigheidsvergunning speelautomaten of bijvoorbeeld een uittreksel Burgerlijke stand. Voor het overige geldt ook hier dat de tarieven van leges maximaal kostendekkend mogen zijn. Volgens de gemeentewet mag de legesverordening als geheel bezien maximaal kostendekkend zijn. Het is mogelijk om kruissubsidiëring toe te passen. Daarmee wordt verstaan: het hoger stellen van tarieven van leges voor sommige diensten om daarmee de tarieven voor andere diensten laag te kunnen houden. De Commissie BBV heeft in de “Notitie Lokale Heffingen 2021” een nieuw model aangereikt voor het inzichtelijk maken van de kostendekkendheid van Leges op hoofdstuk- en paragraafniveau van de Tarieventabel Leges. De kosten en opbrengsten van de leges zien er als volgt uit:

Kostenonderbouwing leges

Berekening kostendekkendheid leges
HOOFDSTUK / PARAGRAAF Kosten taakveld Overhead BTW Lasten Baten Dekking
1. Algemene dienstverlening
1.1. Burgerlijke stand 38.600 22.800 200 61.600 35.400 57%
1.2. Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart 225.600 90.500 1.000 317.100 256.300 81%
1.3. Rijbewijzen 156.200 89.600 900 246.700 163.400 66%
1.4. Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens 46.800 34.000 400 81.200 1.200 1%
1.5. Bestuursstukken
1.6. Vastgoedinformatie
1.7. Overige publiekszaken 99.000 13.500 100 112.600 93.300 83%
1.8. Gemeentearchief
1.9. Bijzondere wetten 21.800 21.000 200 43.000 1.700 4%
1.10. Diversen
TOTAAL ALGEMENE DIENSTVERLENING 588.000 271.400 2.800 862.200 551.300 64%
HOOFDSTUK / PARAGRAAF Kosten taakveld Overhead BTW Lasten Baten Dekking
2. Dienstverlening in het kader van de Omgevingswet
2.1. Begripsomschrijving
2.2. Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag
2.3. Omgevingsvergunning 837.300 674.000 7.100 1.518.400 1.380.900 91%
2.4. Verminderingen
2.5. Teruggaaf
2.6. Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
2.7. Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
2.8. Ontheffing geluidhinder bouwen en slopen
2.9. Niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
TOTAAL LEGES OMGEVINGSVERGUNNING 837.300 674.000 7.100 1.518.400 1.380.900 91%
HOOFDSTUK / PARAGRAAF Kosten taakveld Overhead BTW Lasten Baten Dekking
3. Dienstverlening waarop de Europese dienstenrichtlijn van toepassing is
3.1. Horeca 78.200 71.300 700 150.200 9.400 6%
3.2. Sexbedrijven
3.3. Winkeltijdenwet 3.100 3.000 100
3.4. Organiseren evenement of markt 208.100 195.100 2.000 405.200 1.000 0%
3.5. Standplaatsen 14.400 13.800 100 28.300 14.400 0%
3.6. Landelijke Register Kinderopvang 8.500 8.100 100 16.700 6.800 41%
3.7. Niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking 9.200 8.100 100 17.400 800 5%
TOTAAL DIENSTVERLENING EUROPESE DIENSTENRICHTLIJN 321.500 299.400 3.100 617.800 32.400 5%
321.500 299.600 3.100 618.000 32.300
KOSTENDEKKING LEGES TOTALE TARIEVENTABEL 1.746.800 1.244.800 13.000 2.998.400 1.964.600 66%

Lijkbezorgingsrechten

Terug naar navigatie - Lijkbezorgingsrechten

Voor het verlenen van diensten door en/of het gebruik van de faciliteiten van de begraafplaatsen in Barendrecht worden rechten geheven voor onder andere begraven, onderhoudsrechten en andere lijkbezorgingsrechten. De in de lijkbezorgingskosten te dekken kosten zijn als volgt bepaald:

Berekening kostendekkendheid lijkbezorgingsrechten 2023
Kosten van de activiteit vanuit de BAR-organisatie 363.200
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 374.800
Netto kosten van de activiteit 738.000
Vanuit andere activiteiten toe te rekenen kosten
Overhead, inclusief omslagrente 324.200
Totale kosten 1.062.200
Opbrengst lijkbezorgingsrechten 530.200
Dekkingspercentage 50%

Marktgelden

Terug naar navigatie - Marktgelden

Voor de kosten die de gemeente maakt voor de twee markten in Barendrecht worden marktgelden in rekening gebracht aan standplaatshouders. De kosten en opbrengsten zijn als volgt:

Berekening kostendekkendheid marktgelden 2023
Kosten van de activiteit vanuit de BAR-organisatie 16.700
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 45.300
Netto kosten van de activiteit 62.000
Overhead 16.100
BTW 200
Totale kosten 78.300
Opbrengst marktgelden 55.200
Dekkingspercentage 70%

Kwijtschelding gemeentelijke belastingen

Terug naar navigatie - Kwijtschelding gemeentelijke belastingen

Indien de belastingplichtige niet, of slechts met veel moeite, de aanslag kan betalen, kan deze onder wettelijk vastgestelde voorwaarden in aanmerking komen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding. De kwijtscheldingen lopen via het SVHW. De kwijtscheldingen hebben betrekking op de afvalstoffenheffing en rioolheffing. De kosten van verleende kwijtscheldingen worden doorberekend in de tarieven van de betreffende heffingssoorten.

In de begroting zijn de volgende bedragen opgenomen voor kwijtschelding:

Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023
Rioolheffing 106.300
Afvalstoffenheffing 140.700
Totaal 247.000

Woonlasten (lokale lastendruk)

Terug naar navigatie - Woonlasten (lokale lastendruk)

Tot de woonlasten worden gerekend de OZB, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. De woonlasten vormen het grootste deel van de opbrengst uit de gemeentelijke heffingen en daarmee grotendeels de lokale lastendruk. De woonlasten voor de inwoners (woningen) zijn als volgt:

Omschrijving 2022 2023 Afwijking
+ = stijging en - = daling van lasten Absoluut In %
A1: Eénpersoonshuishouden met een huurwoning
Rioolgebruik 63,60 65,40 1,80 3%
Afval** 207,51 216,48 8,97 4%
Totaal 271,11 281,88 10,77 4%
B1: Tweerpersoonshuishouding met een huurwoning
Rioolgebruik 122,16 125,76 3,60 3%
Afval** 324,19 338,16 13,97 4%
Totaal 446,35 463,92 17,57 4%
C1: Meerpersoonshuishouding met een huurwoning
Rioolgebruik 187,68 193,20 5,52 3%
Afval** 379,42 395,76 16,34 4%
Totaal 567,10 588,96 21,86 4%
A2: Eénpersoonshuishouden met een koopwoning met een WOZ-waarde van €362.500
Rioolgebruik 63,60 65,40 1,80 3%
Afval** 207,51 216,48 8,97 4%
OZB-eigendom 323,09 337,12 14,03 4%
Totaal 594,20 619,00 24,80 4%
B2: Tweepersoonshuishouden met een koopwoning met een WOZ-waarde van €362.500
Rioolgebruik 122,16 125,76 3,60 3%
Afval** 324,19 338,16 13,97 4%
OZB-eigendom 323,09 337,12 14,03 4%
Totaal 769,44 801,04 31,60 4%
C2: Meerpersoonshuishouden met een koopwoning met een WOZ-waarde van €362.500
Rioolgebruik 187,68 193,20 5,52 3%
Afval** 379,42 395,76 16,34 4%
OZB-eigendom 323,09 337,12 14,03 4%
Totaal 890,19 926,08 35,89 4%
Op basis van de oorspronkelijke tarieven voor afvalstoffenheffing, exclusief de kwijtschelding van het variabel deel.

Barendrecht ten opzichte van buurgemeenten

Terug naar navigatie - Barendrecht ten opzichte van buurgemeenten

Om de woonlasten in de gemeente Barendrecht te kunnen vergelijken, wordt gebruik gemaakt van de zogenaamde COELO-Atlas (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden). Uit de gemeentelijke belastingtarieven wordt jaarlijks een samenvattend getal afgeleid, dat weergeeft hoe hoog deze lasten zijn. We gaan hierbij uit van een gezin (meerpersoonshuishouden) in een woning met een voor die gemeente gemiddelde waarde.

Tarieven per gemeente 2022
Gemeente afvalstoffenheffing rioolheffing OZB tarief gemiddelde woningwaarde woonlasten*
Barendrecht 301 188 0,1016% 318.000 812
Zwijndrecht 373 306 0,0957% 315.000 980
H.I. Ambacht 374 191 0,0974% 375.000 930
Ridderkerk 328 186 0,0985% 332.000 842
Albrandswaard 383 270 0,1172% 423.000 1.150
Woonlasten zijn inclusief kwijtschelding variabel deel van de afvalstoffenheffing, exclusief kwijtschelding
variabel deel van de afvastoffenheffing bedragen de woonlasten €890.