1. § Lokale heffingen

In deze paragraaf staat informatie over de gemeentelijke belastingen en gebonden heffingen, het beleid rondom de lokale heffingen, een overzicht van de tarieven, een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid en de lokale lastendruk.

Algemene uitgangspunten lokale heffingen
In het coalitieakkoord 2018 - 2022 is afgesproken dat de gemeentelijke belastingen met niet meer dan de maximale inflatie verhoogd worden, met inachtneming van landelijke ontwikkelingen. Het inflatiepercentage voor 2022 is 1,6%.

Woonlasten en tarieven
De gemeentelijke woonlasten bestaan uit de uitgaven van burgers aan onroerende zaakbelastingen (OZB), afvalstoffenheffing en rioolheffing. In deze paragraaf vergelijken we de woonlasten van vergelijkbare gemeenten met de lasten van Barendrecht.
De gebonden heffingen (Afvalstoffenheffing, Reinigingsrecht, Rioolheffing, Bedrijven Investeringszone (BIZ), Lijkbezorgingsrechten, Marktgelden en Leges) mogen wettelijk maximaal 100% kostendekkend zijn, inclusief toe te rekenen compensabele BTW, mutaties in voorzieningen en reserves en toe te rekenen kosten voor overhead. Voor de belastingtarieven van de OZB, toeristenbelasting en de hondenbelasting geldt dat de tarieven niet meer dan trendmatig stijgen (inflatiecorrectie). De raad is vrij om van dit standpunt af te wijken, bijvoorbeeld als dit nodig is vanwege financieel-economische ontwikkelingen.

Algemene (beleids)ontwikkelingen

Benchmark woonlasten
Vanaf 2020 is de macronorm vervangen door de benchmark woonlasten van het Coelo. De benchmark beoogt, door middel van meer vergelijking, de informatievoorziening over de ontwikkeling van de lokale lasten te bevorderen. Deze informatie kunnen gemeenten gebruiken bij het maken van keuzes omtrent de ontwikkeling van de lokale lasten. De benchmark vergelijkt voor alle gemeenten de hoogte van de woonlasten voor meerpersoonshuishoudens met een koopwoning.
Met de vergelijking van de gemeentelijke woonlasten en de gemeentelijke tariefontwikkeling worden de onderlinge verschillen tussen gemeenten inzichtelijker gemaakt. Het overzicht vergelijkt de tariefswijzigingen per gemeente en het cumulatieve bedrag van de onroerende zaakbelastingen, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing per gemeente.

Begrotingsregels en kostenonderbouwing tarievenberekening
Het BBV schrijft voor dat in de paragraaf lokale heffingen kostenonderbouwingen voor belastingtarieven moeten zijn opgenomen. Dit geldt in het bijzonder voor de gebonden heffingen. In deze paragraaf zijn de kostenonderbouwingen opgenomen volgens het BBV-model. Deze geven inzicht in de opbouw van de geraamde baten en lasten. Onderdeel van de begrotingsregels zijn richtlijnen voor de berekening van de overhead. De overhead wordt binnen de gemeentelijke begrotingen afzonderlijk zichtbaar gemaakt. In overeenstemming met de regels met betrekking tot de berekening van de overhead en de toe te rekenen kosten conform de financiële verordening van Barendrecht, wordt een opslag voor de kosten van overhead meegenomen in de tarievenberekening.
Het jaarlijkse percentage aan toerekenbare overhead wordt berekend door de totale overheadkosten vanuit de BAR-begroting en (deels) gemeentebegroting te delen door de overblijvende directe kosten van de BAR-begroting. Het berekende overheadpercentage per gemeente wordt vervolgens als toeslag berekend over de directe personeelslasten die specifiek aan de heffing/ het tarief zijn toe te schrijven.

 

 

Overzicht geraamde belastingen en heffingen

Onderstaand totaaloverzicht geeft u inzicht in de begroting geraamde opbrengsten van de ongebonden en gebonden heffingen. Voor de gebonden heffingen zijn ook de kosten van de dienstverlening en het dekkingspercentage opgenomen. De tarieven van gebonden heffingen mogen, zoals hiervoor is vermeld, maximaal 100% kostendekkend zijn.

 

Ongebonden heffingen 2021 2022 2023 2024 2025
Onroerende zaakbelastingen 10.484.600 10.684.600 10.884.600 11.144.600 11.404.600
Hondenbelasting 288.700 288.700 288.700 288.700 288.700
Toeristenbelasting 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000

 

 

Gebonden heffingen 2021 2022 2023 2024 2025
Afvalstoffenheffing 5.962.800 6.269.000 6.781.700 6.810.400 6.470.700
Rioolheffing 3.120.900 3.249.600 3.270.300 3.277.900 3.323.000

Onroerende zaakbelastingen (OZB)

Terug naar navigatie - Onroerende zaakbelastingen (OZB)

De geraamde OZB-opbrengst wordt bepaald door de totale waarde van de onroerende zaken in het lopende belastingjaar te vermenigvuldigen met het dan geldende OZB-tarief. Er wordt hierbij rekening gehouden met een geschatte waardeontwikkeling van de WOZ en areaaluitbreiding. Bij de woningen wordt een waardestijging van 7% verwacht. Bij de niet-woningen een waardedaling van -0,5%. Als gevolg daarvan en met toepassing van de inflatiecorrectie van 1,6%. dalen de tarieven voor woningen en stijgen de tarieven voor niet-woningen.

OZB tarieven 2022
Op basis van het voorgaande zien de tarieven OZB voor 2022 er als volgt uit:

Tarieven 2021 2022
Onroerende zaakbelastingen
Eigenaren woningen 0,1078% 0,1016%
Eigenaren niet-woningen 0,1839% 0,1870%
Gebruikers niet-woningen 0,1515% 0,1540%

Hondenbelasting

Terug naar navigatie - Hondenbelasting

De uitvoeringskosten voor het hondenbeleid (onder meer schoonmaken, toezicht houden, perceptiekosten,  losloopgebieden en afvalbakken) worden gedekt door de inkomsten uit de hondenbelasting. Hieronder is het overzicht opgenomen van de (jaar)tarieven van de Hondenbelasting.

Hondenbelasting 2021 2022
Eerste hond 104,30 105,90
Tweede hond 143,30 145,50
Derde en elke volgende hond 159,30 161,80
Per kennel 406,70 413,20

Toeristenbelasting

Terug naar navigatie - Toeristenbelasting

Het gaat hierbij om belasting voor overnachtingen in een hotel, camping of Bed & Breakfast. Voor 2022 blijft het tarief van € 0,75 per persoon per nacht gehandhaafd.

Afvalstoffenheffing

Terug naar navigatie - Afvalstoffenheffing

Afvalstoffenheffing wordt geheven om de kosten te betalen die de gemeente maakt voor het (laten) inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval. Voor de afvalstoffenheffing hanteren wij kostendekkende tarieven in combinatie met een inzet van de daarvoor gevormde voorziening.  Vanuit het Beleidsplan Afval en Grondstoffen 2019-2023 wordt met ingang van 2022 een nieuw beloningssysteem voor het aanbieden van minder afval ingevoerd, dat verwerkt wordt in een nieuwe heffingssystematiek van de afvalstoffenheffing. De afvalstoffenheffing is uiteindelijk afhankelijk van de hoeveelheid restafval die wordt aangeleverd. Bij een variabel tarief geldt dat huishoudens, die het afval goed scheiden en daardoor weinig restafval aanbieden, minder afvalstoffenheffing gaan betalen. dan huishoudens die het afval niet goed scheiden. 
De in de afvalstoffenheffing te dekken kosten zijn als volgt bepaald:

Berekening kostendekkendheid afvalstoffenheffing 2022
Kosten van de activiteit vanuit de NV BAR Afvalbeheer 3.304.000
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 3.011.100
Inkomsten van de activiteit, exclusief heffingen -848.500
Aanwending bestemmingsreserve afvalstoffenheffing -448.600
Netto kosten van de activiteit 5.018.000
Vanuit andere activiteiten toe te rekenen kosten 313.600
Overhead 44.000
BTW 1.022.700
Totale kosten 6.398.300
Opbrengst afvalstoffenheffing 6.269.000
Dekkingspercentage 98%

Inzet bestemmingsreserve afvalstoffenheffing
Voor 2022 kan nog een bedrag van € 448.600 aan de bestemmingsreserve afvalstoffenheffing onttrokken worden. Daarna is de reserve leeg.

Variabel tarief
Uitgangspunt bij de invoering van het variabel tarief is dat dit tarief de variabele kosten dekt. Onder de variabele kosten wordt verstaan: verwerkings-, handelings- en afvaltransportkosten. Uit de berekening volgt het volgende voorgestelde variabel tarief voor het aanbieden van afval: € 0,75 per zak en € 3,00 per minicontainer.
We benadrukken dat de gevolgen van een nog op te stellen meerjarig onderhoudsprogramma voor met name de ondergrondse containers nog niet in de meerjarige tarieven zijn verwerkt. Op zijn vroegst zullen deze kosten vanaf 2023 kunnen worden verwerkt.
De nieuwe tarieven (inclusief het variabel tarief) zullen bij de vaststelling van de belastingverordeningen en –tarieven in de raadsvergadering van december ter vaststelling worden aangeboden. Uitgangspunt voor de vaste tarieven voor 2022 is dat het totale tarief (vast en variabel) maximaal 1,6% (inflatie) hoger is dan 2021. De tarieven voor 2022 zijn dan als volgt:

Afvalstoffenheffing 2021 2022
Eenpersoonshuishoudens (vast tarief) 204,24 168,48
Tweepersoonshuishoudens (vast tarief) 319,08 269,52
Huishouden van 3 of meer personen (vast tarief) 373,44 301,44
Variabel tarief per zak 60 liter 0,75
Variabel tarief container 240 liter 3,00

Rioolheffing

Terug naar navigatie - Rioolheffing

Het uitgangspunt van de rioolheffing is om gemeenten in staat te stellen de kosten te betalen die samenhangen met de gemeentelijke watertaken. De rioolheffing wordt geheven bij gebruikers van woningen en niet-woningen. Er is een tariefdifferentiatie op basis van een-, één twee- en een meerpersoonshuishouden. Bij de rioolheffing voor gebruikers van niet-woningen is sprake van een gecombineerde heffingsmaatstaf. Hier wordt de hoogte van de aanslag bepaald door een percentage van de WOZ-waarde, verhoogd met een gestaffeld tarief per m3 waterverbruik. Bij het bepalen van het tarief voor niet-woningen is rekening gehouden met de waardeontwikkeling van de niet-woningen. 
Het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2018 - 2022 geldt als basis bij de berekening van de tarieven voor de rioolheffing. In overeenstemming hiermee stijgt het tarief in 2022 met 3% ten opzichte van het begrotingsjaar 2021. 
De in de rioolheffing te dekken kosten zijn als volgt bepaald:

Berekening kostendekkendheid rioolheffing 2022
Kosten van de activiteit vanuit de BAR-organisatie 383.600
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 1.104.500
Dotatie voorziening vervanging riolering 1.435.000
Aanwending voorziening beklemde middelen -1.043.800
Netto kosten van de activiteit 1.879.300
Vanuit andere activiteiten toe te rekenen kosten 505.800
Overhead 385.300
BTW 479.200
Totale kosten 3.249.600
Opbrengst rioolheffing 3.249.600
Dekkingspercentage 100%

De tarieven rioolheffing zien er voor 2022 dan als volgt uit.

Rioolheffing woningen 2021 2022
Eenpersoonshuishoudens 61,80 63,60
Tweepersoonshuishoudens 118,68 122,16
Huishouden van 3 of meer personen 182,28 187,68
Rioolheffing niet-woningen 2021 2022
Percentage van de WOZ 0,0400% 0,0410%
met een maximum van 3.690,00 3.700,00
Overige gebruikers:
van 0 m3 t/m 20 m3 0,00 0,00
van 21 m3 t/m 500 m3 82,00 84,00
van 501 m3 t/m 1.000 m3 447,00 460,00
van 1.001 m3 t/m 1.500 m3 896,00 923,00
van 1.501 m3 t/m 2.000 m3 1.620,00 1.669,00
van 2.001 m3 t/m 3.000 m3 2.392,00 2.464,00
van 3.001 m3 t/m 4.000 m3 4.504,00 4.640,00
van 4.001 m3 t/m 8.000 m3 6.059,00 6.241,00
van 8.001 m3 t/m 15.000 m3 8.967,00 9.237,00
meer dan 15.000 m3 13.176,00 13.573,00

Overige heffingen en rechten

Terug naar navigatie - Overige heffingen en rechten

Leges burgerzaken, omgevings- en APV-vergunning
Voor producten en diensten die de gemeente aan burgers, bedrijven en anderen verleent, worden leges in rekening gebracht. De belangrijkste hiervan zijn de leges voor burgerzaken (paspoort, rijbewijs, huwelijksvoltrekking, enz.), aanvraag APV-vergunningen en omgevingsvergunningen. Bij de bepaling van de hoogte van de legestarieven wordt gekeken naar de kostendekkendheid. De leges worden geheven voor verstrekte diensten en producten. Een aantal tarieven van leges zijn wettelijk gemaximeerd, zoals het tarief voor paspoorten, aanwezigheidsvergunning speelautomaten of bijvoorbeeld een uittreksel Burgerlijke stand. Voor het overige geldt ook hier dat de tarieven van leges maximaal kostendekkend mogen zijn. Volgens de gemeentewet mag de legesverordening als geheel bezien maximaal kostendekkend zijn. Het is mogelijk om kruissubsidiëring toe te passen. Daarmee wordt verstaan: het hoger stellen van tarieven van leges voor sommige diensten om daarmee de tarieven voor andere diensten laag te kunnen houden. De Commissie BBV heeft in de “Notitie Lokale Heffingen 2021” een nieuw model aangereikt voor het inzichtelijk maken van de kostendekkendheid van Leges op hoofdstuk- en paragraafniveau van de Tarieventabel Leges. De kosten en opbrengsten van de leges zien er als volgt uit:

Kostenonderbouwing leges

Berekening kostendekkendheid leges
HOOFDSTUK / PARAGRAAF Kosten taakveld Overhead BTW Lasten Baten Dekking
1. Algemene dienstverlening
1.1. Burgerlijke stand 37.600 23.300 200 61.100 39.500 65%
1.2. Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart 239.000 91.500 1.000 331.500 309.600 93%
1.3. Rijbewijzen 152.000 90.200 1.000 243.200 165.000 68%
1.4. Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens 45.400 34.700 400 80.500 8.700 11%
1.5. Bestuursstukken - - - - - -
1.6. Vastgoedinformatie - - - - - -
1.7. Overige publiekszaken 83.800 13.700 100 97.600 93.900 96%
1.8. Gemeentearchief - - - - - -
1.9. Bijzondere wetten 26.500 27.000 300 53.800 1.500 3%
1.10. Diversen - - - - - -
TOTAAL ALGEMENE DIENSTVERLENING 584.300 280.400 3.000 867.700 618.200 71%
HOOFDSTUK / PARAGRAAF Kosten taakveld Overhead BTW Lasten Baten Dekking
2. Dienstverlening in het kader van de Omgevingswet
2.1. Begripsomschrijving - - - - - -
2.2. Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag - - - - - -
2.3. Omgevingsvergunning 774.900 722.000 6.600 1.503.500 1.771.200 118%
2.4. Verminderingen - - - - - -
2.5. Teruggaaf - - - - - -
2.6. Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project - - - - - -
2.7. Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten - - - - - -
2.8. Ontheffing geluidhinder bouwen en slopen - - - - - -
2.9. Niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking - - - - - -
TOTAAL LEGES OMGEVINGSVERGUNNING 774.900 722.000 6.600 1.503.500 1.771.200 118%
HOOFDSTUK / PARAGRAAF Kosten taakveld Overhead BTW Lasten Baten Dekking
3. Dienstverlening waarop de Europese dienstenrichtlijn van toepassing is
3.1. Horeca 135.700 138.400 1.500 275.600 8.800 3%
3.2. Organiseren evenement of markt 106.400 88.100 900 195.400 900 0%
3.3. Sexbedrijven - - - - -
3.4. Standplaatsen 4.400 4.500 100 9.000 - 0%
3.5. Winkeltijdenwet 1.300 1.400 2.700 - 0%
3.6. Landelijke Register Kinderopvang 15.000 15.300 200 30.500 6.700 22%
3.7. Niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking 22.200 11.500 100 33.800 9.000 27%
TOTAAL DIENSTVERLENING EUROPESE DIENSTENRICHTLIJN 285.000 259.200 2.800 547.000 25.400 5%
KOSTENDEKKING LEGES TOTALE TARIEVENTABEL 1.644.200 1.261.600 12.400 2.918.200 2.414.800 83%

Toelichting Leges Omgevingsvergunning
De verwachte vergunningsaanvragen van de projecten Lagewei en Vrouwenpolder vallen qua planning in 2022 in plaats van 2021. Dit zorgt voor incidentele extra inkomsten in 2022, waardoor de dekking van de leges ten opzichte van de uitgaven meer dan 100% bedraagt. De kostendekking op de totale legesverordening blijft onder de maximale dekking van 100%.

Lijkbezorgingsrechten

Terug naar navigatie - Lijkbezorgingsrechten

Voor het verlenen van diensten door en/of het gebruik van de faciliteiten van de begraafplaatsen in Barendrecht worden rechten geheven voor onder andere begraven, onderhoudsrechten en andere lijkbezorgingsrechten. De in de lijkbezorgingskosten te dekken kosten zijn als volgt bepaald:

Berekening kostendekkendheid lijkbezorgingsrechten 2022
Kosten van de activiteit vanuit de BAR-organisatie 372.600
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 206.000
Netto kosten van de activiteit 578.600
Vanuit andere activiteiten toe te rekenen kosten
Overhead, inclusief omslagrente 355.900
Totale kosten 934.500
Opbrengst lijkbezorgingsrechten 530.200
Dekkingspercentage 57%

Marktgelden

Terug naar navigatie - Marktgelden

Voor de kosten die de gemeente maakt voor de twee markten in Barendrecht worden marktgelden in rekening gebracht aan standplaatshouders. De kosten en opbrengsten zijn als volgt:

Berekening kostendekkendheid marktgelden 2022
Kosten van de activiteit vanuit de BAR-organisatie 16.300
Kosten van de activiteit vanuit de gemeente, inclusief omslagrente 39.600
Netto kosten van de activiteit 55.900
Overhead 16.600
BTW 200
Totale kosten 72.700
Opbrengst marktgelden 72.500
Dekkingspercentage 100%

Kwijtschelding gemeentelijke belastingen

Terug naar navigatie - Kwijtschelding gemeentelijke belastingen

Indien de belastingplichtige niet, of slechts met veel moeite, de aanslag kan betalen, kan deze onder wettelijk vastgestelde voorwaarden in aanmerking komen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding. De kwijtscheldingen lopen via het SVHW. De kwijtscheldingen hebben betrekking op de afvalstoffenheffing en rioolheffing. De kosten van verleende kwijtscheldingen worden doorberekend in de tarieven van de betreffende heffingssoorten.

In de begroting zijn de volgende bedragen opgenomen voor kwijtschelding:

Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2022
Rioolheffing 106.300
Afvalstoffenheffing 140.700
Totaal 247.000

Woonlasten (lokale lastendruk)

Terug naar navigatie - Woonlasten (lokale lastendruk)

Tot de woonlasten worden gerekend de OZB, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. De woonlasten vormen het grootste deel van de opbrengst uit de gemeentelijke heffingen en daarmee grotendeels de lokale lastendruk. De woonlasten voor de inwoners (woningen) zijn als volgt:

Omschrijving 2021 2022 Afwijking
+ = stijging en - = daling van lasten Absoluut In %
A1: Eénpersoonshuishouden met een huurwoning
Rioolgebruik 61,80 63,60 1,80 3%
Afval** 204,24 207,51 3,27 2%
Totaal 266,04 271,11 5,07 2%
B1: Tweerpersoonshuishouding met een huurwoning
Rioolgebruik 118,68 122,16 3,48 3%
Afval** 319,08 324,19 5,11 2%
Totaal 437,76 446,35 8,59 2%
C1: Meerpersoonshuishouding met een huurwoning
Rioolgebruik 182,28 187,68 5,40 3%
Afval** 373,44 379,42 5,98 2%
Totaal 555,72 567,10 11,38 2%
A2: Eénpersoonshuishouden met een koopwoning met een WOZ-waarde van € 318.000*
Rioolgebruik 61,80 63,60 1,80 3%
Afval** 204,24 207,51 3,27 2%
OZB-eigendom 326,17 323,09 -3,08 -1%
Totaal 592,21 594,20 1,99 0%
B2: Tweepersoonshuishouden met een koopwoning met een WOZ-waarde van € 318.000*
Rioolgebruik 118,68 122,16 3,48 3%
Afval** 319,08 324,19 5,11 2%
OZB-eigendom 326,17 323,09 -3,08 -1%
Totaal 763,93 769,44 5,51 1%
C2: Meerpersoonshuishouden met een koopwoning met een WOZ-waarde van € 318.000*
Rioolgebruik 182,28 187,68 5,40 3%
Afval** 373,44 379,42 5,98 2%
OZB-eigendom 326,17 323,09 -3,08 -1%
Totaal 881,89 890,19 8,30 1%
* Gemiddelde WOZ-waarde woning in 2021 volgens de Waarderingskamer. Bron: www.waarderingskamer.nl
** Dit tarief betreft het vaste en variabele deel vast variabel totaal
1 persoonshuishouden 168,48 39,03 207,51
2 persoonshuishouden 269,52 54,67 324,19
meerpersoonshuishouden 301,44 77,98 379,42
Aantal aanbiedingen zak minicontainer
1 persoonshuishouden 52 13
2 persoonshuishouden 73 18
meerpersoonshuishouden 104 26

Barendrecht ten opzichte van buurgemeenten

Terug naar navigatie - Barendrecht ten opzichte van buurgemeenten

Om de woonlasten in de gemeente Barendrecht te kunnen vergelijken, wordt gebruik gemaakt van de zogenaamde COELO-Atlas (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden). Uit de gemeentelijke belastingtarieven wordt jaarlijks een samenvattend getal afgeleid, dat weergeeft hoe hoog deze lasten zijn. We gaan hierbij uit van een meerpersoonshuishouden in een woning met een voor die gemeente gemiddelde waarde.

Tarieven per gemeente 2021
Gemeente afvalstoffenheffing rioolheffing OZB tarief gemiddelde woningwaarde woonlasten*
Barendrecht 373 182 0,1078% 340.000 922
Zwijndrecht 386 302 0,1052% 236.000 914
H.I. Ambacht 351 188 0,1053% 307.000 862
Ridderkerk 325 178 0,1092% 258.000 785
Albrandswaard 347 270 0,1247% 331.000 1.031
*Coelo-Atlas 2021

bron: Coelo-Atlas van de lokale lasten 2021