Met ingang van het controle jaar 2023 geeft het college – en dus niet meer de accountant – een verantwoording af over de rechtmatigheid. De accountant controleert deze gegevens daarna op getrouwheid. De kaders waarbinnen deze rechtmatigheid wordt getoetst zijn vastgelegd in de Financiële Verordening en het normenkader. De raad heeft hierin een verantwoordingsgrens vastgesteld van 1% van de totale lasten (inclusief dotaties aan reserves) en een rapportagegrens van € 100.000. De verantwoordingsgrens houdt in dat rechtsmatigheidsfouten pas in de rechtmatigheidsverantwoording worden opgenomen en toegelicht, wanneer zij boven het door de raad vastgestelde percentage komen. De verantwoordingsgrens is over het verslagjaar 2023 niet overschreden.
In deze paragraaf worden bij de jaarstukken, op basis van de kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV aanvullende informatie opgenomen over:
• De individueel geconstateerde afwijkingen uit de rechtmatigheidsverantwoording, mits deze de rapportagegrens overschrijden;
• Welke acties wij ondernemen om afwijkingen uit de rechtmatigheidsverantwoording in de toekomst te voorkomen;
• Niet-financiële onrechtmatigheden in verband met het niet naleven van bijvoorbeeld het beleid ten aan zien van Misbruik en Oneigenlijk gebruik, de bepalingen in de Gids Proportionaliteit en de wet Fido en bijbehorende regelingen (bijvoorbeeld toelichting opnemen over fraude door eigen medewerkers).