2. § Weerstandsvermogen en risicobeheersing

1. Aanleiding en achtergrond

Terug naar navigatie - 2. § Weerstandsvermogen en risicobeheersing - 1. Aanleiding en achtergrond

De Gemeente Barendrecht voert actief beleid op de beheersing van de risico’s die de gemeente loopt. Gekeken wordt naar de maatregelen die worden getroffen om de risico’s af te dekken. Voor de risico’s waarvoor geen maatregelen getroffen kunnen worden, bijvoorbeeld omdat het verzekeren ervan te duur zou zijn, wordt ingeschat welke buffer noodzakelijk is. Dit is de benodigde weerstandscapaciteit. Op basis van de continu geïnventariseerde risico’s en de beschikbare financiële middelen (beschikbare weerstandscapaciteit) is het weerstandvermogen berekend. In dit risicoprofiel worden de belangrijkste trends en ontwikkelingen benoemd en meegewogen.

 

2. Risicoprofiel

Terug naar navigatie - 2. § Weerstandsvermogen en risicobeheersing - 2. Risicoprofiel

Door actieve risicobeheersing heeft de gemeente in beeld wat de risico’s zijn en is het mogelijk om het weerstandsvermogen te bepalen. Alle risico’s worden voor zover mogelijk 2 maal per jaar herijkt en er wordt continu geanticipeerd op nieuwe risico’s. Het getoonde risicoprofiel is bepaald vanuit de inventarisatie en analyse zoals uitgevoerd t/m 16 juni 2025. We kijken vanuit de huidige omstandigheden vooruit met als doel een actueel risicoprofiel te presenteren waarin rekening wordt gehouden met realistische scenario’s voor de nabije toekomst.

De belangrijkste trends en ontwikkelingen die van invloed zijn op het risicoprofiel worden kort toegelicht. De gevolgen van externe invloeden zoals de geopolitieke spanningen, de nog steeds relatief hoge inflatie en de krappe arbeidsmarkt laten zich zien en voelen over de hele breedte van het risicoprofiel. De geïdentificeerde risico’s met betrekking tot de ondersteunende bedrijfsvoering vallen binnen het risicocluster van De BedrijfsvoeringsPartner welke u terugvindt in bijgaand overzicht.

In het volgende overzicht worden de belangrijkste (geconsolideerde) risico's gepresenteerd die de grootste invloed hebben bij de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit. Bij ieder risico worden kort de beheersmaatregelen weergegeven. De lijst met belangrijkste risico’s omvat circa 90% van alle geïdentificeerde risico’s.

 

Tien belangrijkste financiële risico’s gemeente Barendrecht
Nr. Risico Maatregelen/Opmerkingen Klasse Financieel gevolg
1 Geconsolideerd risico Project de Stationstuinen Gecontroleerde projectomgeving, fasering, prioritering, partneroverleg ! zie punt 6 5 max.€ 3.276.000 +
2 Risicocluster uitvoering Jeugdwet- tekorten die ontstaan in de uitvoering van de Jeugdwet Beperkte invloed, transformatie keten, monitoring/ benchmarking, business intelligence 5 max.€ 1.000.000 +
3 Risicocluster uitvoering wet- en regelgeving Informatiebeveiliging en Privacy De BedrijfsvoeringsPartner, Proces meldpunt datalekken, beheer register gegevensverzamelingen, Compliance. 5 max.€ 1.000.000 ~
4 Risico(cluster) dat De BedrijfsvoeringsPartner haar taken niet kan uitvoeren binnen het beschikbaar gestelde budget De BedrijfsvoeringsPartner, monitoring, business intelligence, competentieontwikkeling 4 max.€ 906.000 +
5 Faillissement van derden of instellingen bij wie borgstellingen, garanties, leningen of vorderingen uitstaan leiden tot onvoorziene uitgaven Beperkte invloed, De BedrijfsvoeringsPartner, monitoring, business intelligence 3 max.€ 1.000.000 ~
6 Cluster BUIG, (Participatiewet) gerelateerde risico's. Overschrijding van budget(ten) Optimaliseren uitvoering processen preventie, activering en handhaving 5 max.€ 750.000 -
7 Cluster WMO gerelateerde risico's. Overschrijding van budget(ten) Beperkte invloed, monitoring, business intelligence 5 max.€ 400.000 ~
8 Lagere rijksbijdrage door wijzigingen in verdelings-maatstaven en/of bezuinigingen Rijk zorgt na maatregelen voor tekorten Her-prioritering, bezuinigingen, inkomsten verhogen. ! in 2026 en 2027 wordt er uitgegaan van een lagere bijdrage die nu al dwingt tot noodzakelijke maatregelen. 5 max.€ 400.000 +
9 Risico’s projecten Gecontroleerde projectomgeving, scenario-analyse/ risicoanalyse 4 max.€ 500.000 ~
10 Risico tekorten in open eindregelingen Schulddienstverlening, Schuldhulpverlening, bijzondere bijstand Monitoring/ benchmarking, business intelligence. 4 max.€ 400.000 -
- Risico daalt in de top 10 en/of neemt af.
+ Risico stijgt in de top 10 en/of neemt toe.
~ Risico blijft gelijk in de top 10.
! Aandachtvestiging/opmerking i.v.m. ontwikkelingen

Het bovenstaande overzicht toont risico’s die incidenteel schade op kunnen leveren, met daarbij het maximale financiële gevolg. De onderstaande tabel geeft aan hoe groot de kans is in lengte van tijd. De top 10 betreft in overwegende mate risico’s met een relatief korte tijdshorizon (binnen één jaar). Dit houdt in dat deze zich op korte termijn zouden kunnen voordoen en waarbij de mogelijkheid tot tijdige bijsturing beperkt is. Bijgevoegde tabel geeft aan hoe de spreiding in tijd is terug te vertalen.

 

Kwantiteit Referentiebeelden Kansklasse Toelichting kansklasse
10% 0 of 1 keer per 10 jaar 1 Deze klasse wordt gehanteerd voor risico’s waarvan het onwaarschijnlijk is dat deze zich in de komende jaren voordoen.
30% 1 keer per 5 – 10 jaar 2 Deze klasse hanteren we voor risico’s waarvan het niet waarschijnlijk is dat ze zich in het komende jaar voordoen.
50% 1 keer per 2 – 5 jaar 3 Deze klasse hanteren we voor risico’s die zich in het komende jaar wel maar ook niet kunnen voordoen.
70% 1 keer per 1 – 2 jaar 4 Deze klasse wordt gehanteerd voor risico’s waarvan het waarschijnlijk is dat ze zich in het komende jaar zullen voordoen.
90% 1 keer per jaar of meer 5 Deze klasse wordt gehanteerd voor risico’s waarvan het zeer waarschijnlijk is dat ze zich in het komende jaar gaan voordoen.

Op basis van de ingevoerde risico's is een zogeheten risicosimulatie uitgevoerd. Wij doen dit met behulp van risicoanalyse software. Hiermee kunnen we met alle risico’s die we lopen 100.000 keer doen alsof deze in meer of mindere mate optreden om zo nauwkeuring mogelijk in te kunnen schatten welke financiële buffer er op dit moment tenminste nodig is. We doen dit vooral omdat het reserveren van het maximale bedrag € 16.386.453 ongewenst is. De risico's zullen immers niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang optreden.

Benodigde weerstandscapaciteit bij verschillende zekerheidspercentages
Percentage Bedrag
10% € 2.255.300
25% € 3.139.397
50% € 3.845.847
75% € 4.466.042
90% € 5.368.051
95% € 5.798.438

Uit de tabel met zekerheidspercentages volgt dat 90% zeker is dat alle risico's kunnen worden afgedekt met een bedrag van € 5.368.051 (benodigde weerstandscapaciteit). 

3. Beschikbare weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - 2. § Weerstandsvermogen en risicobeheersing - 3. Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit van de gemeente Barendrecht bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken.

 

Beschikbare weerstandscapaciteit
31-12-2025 31-12-2026 31-12-2027 31-12-2028 31-12-2029
Algemene reserve 9.543.000 13.603.200 14.254.400 15.584.200 16.165.700

4. Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - 2. § Weerstandsvermogen en risicobeheersing - 4. Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit

Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.

 

31-12-2025
Ratio weerstandsvermogen 0 Beschikbare weerstandscapaciteit 0 9.543.000 0 1,8
Benodigde weerstandscapaciteit 5.368.100
31-12-2026
Ratio weerstandsvermogen 0 Beschikbare weerstandscapaciteit 0 13.603.200 0 2,5
Benodigde weerstandscapaciteit 5.368.100
31-12-2027
Ratio weerstandsvermogen 0 Beschikbare weerstandscapaciteit 0 14.254.400 0 2,7
Benodigde weerstandscapaciteit 5.368.100
31-12-2028
Ratio weerstandsvermogen 0 Beschikbare weerstandscapaciteit 0 15.584.200 0 2,9
Benodigde weerstandscapaciteit 5.368.100
31-12-2029
Ratio weerstandsvermogen 0 Beschikbare weerstandscapaciteit 0 16.165.700 0 3,0
Benodigde weerstandscapaciteit 5.368.100

Het ratio weerstandsvermogen van de gemeente Barendrecht valt in 2026 met 2,5 in klasse A, wat staat voor uitstekend weerstandsvermogen. 

 

Weerstandsnorm
Waarderingscijfer Ratio Betekenis
A > 2,0 Uitstekend
B 1,4 – 2,0 Ruim voldoende
C 1,0 – 1,4 Voldoende
D 0,8 – 1,0 Matig
E 0,6 – 0,8 Onvoldoende
F < 0,6 Ruim onvoldoende

5. Kengetallen

Terug naar navigatie - 2. § Weerstandsvermogen en risicobeheersing - 5. Kengetallen

In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing in de begroting en het jaarverslag worden kengetallen opgenomen voor de netto schuldquote, de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, de schuldratio, de solvabiliteitsratio, de structurele exploitatieruimte, de grondexploitatie en de belastingcapaciteit. Deze kengetallen maken het de leden van de gemeenteraad gemakkelijker om inzicht te krijgen in de financiële positie van de gemeente.

 

Kengetallen Realisatie 2024 Prognose 2025 Prognose 2026 Prognose 2027 Prognose 2028 Prognose 2029
Netto schuldquote 83,1% 88,3% 98,1% 98,9% 106,4% 99,3%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 83,1% 88,3% 98,1% 98,9% 106,4% 99,3%
Solvabiliteitsratio 22,4% 21,9% 22,7% 22,4% 22,0% 21,9%
Structurele exploitatieruimte -3,4% 0,6% 1,4% 1,4% 1,0% 1,0%
Grondexploitatie 0,2% 2,0% 3,7% 6,1% 6,7% 7,1%
Belastingcapaciteit 107,3% 112,3% 121,2% 121,2% 121,2% 121,2%

De kengetallen laten op de kengetallenmonitor voor de schuldquote en solvabiliteitsratio een middelhoge score zien en voor de belastingcapaciteit een hoge risicoscore. De grondexploitatie en structurele exploitatieruimte heeft een lage risicoscore.

De waarden van de kengetallen zijn ingedeeld in 3 categorieën. Deze categorieën sluiten aan bij de landelijk vastgestelde signaleringswaarden. Categorie A is het minst risicovol, categorie C het meest risicovol.

Kengetal Categorie A Categorie B Categorie C
Netto schuldquote <90% 90-130% >130%
Solvabiliteitsratio >50% 20-50% <20%
Structurele exploitatieruimte >0% 0% <0%
Grondexploitatie <20% 20-35% >35%
Belastingcapaciteit <95% 95-105% >105%

De netto schuldquote geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de begrote inkomsten. Het geeft zodoende een indicatie in welke mate de rentelasten en aflossingen op de exploitatie drukken. Omdat bij leningen er onzekerheid kan bestaan of deze allemaal terug worden betaald, wordt bij de berekening van de netto schuldquote onderscheid gemaakt door het kengetal zowel inclusief als exclusief de doorgeleende gelden te berekenen. Op die manier wordt duidelijk wat het aandeel van de verstrekte leningen in de exploitatie is en ook wat dat betekent voor de schuldenlast. De kengetallen fluctueren nogal. Dit komt omdat het percentage volgens de voorschriften bepaald moet worden op basis van de begrote inkomsten.  De berekening is als volgt:

 

bedragen * 1.000
Netto schuldquote Realisatie Prognose Prognose Prognose Prognose Prognose
2024 2025 2026 2027 2028 2029
Vaste schulden + 115.758 129.543 137.907 145.771 152.635 154.666
Netto vlottende schuld + 11.334 11.990 11.334 11.334 11.334 11.334
Overlopende passiva + 41.666 41.666 41.666 41.666 41.666 41.666
Totale bruto schuld 168.758 183.199 190.907 198.771 205.635 207.666
Financiële activa (uitzettingen > 1 jaar) - 2.206 2.206 2.206 2.206 2.206 2.206
Verstrekte leningen - 0 0 0 0 0 0
Uitzettingen < 1 jaar - 13.758 11.326 11.678 16.804 25.174 32.946
Liquide middelen - 538 0 1.000 1.000 1.000 1.000
Overlopende activa - 14.740 14.740 14.740 14.740 14.740 14.740
Totale netto schuld 137.516 154.927 161.283 164.021 162.515 156.774
Totale netto schuld gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 137.516 154.927 161.283 164.021 162.515 156.774
H. Totale saldo van baten (excl. mut. res.) 165.541 175.388 164.445 165.850 152.789 157.940
Netto schuldquote 83,1% 88,3% 98,1% 98,9% 106,4% 99,3%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 83,1% 88,3% 98,1% 98,9% 106,4% 99,3%

De schuldquote blijft de komende jaren in de klasse middel risico, in verband met de financiering van investeringen. In de meerjarenbalans is te zien dat de boekwaarde van de activa de komende jaren hoog blijft.

De solvabiliteit geeft aan welk gedeelte van het bezit met eigen vermogen is gefinancierd. Dit is ca. 23% voor 2026, wat betekent dat 77% met vreemd vermogen is gefinancierd. 

bedragen * 1.000
Solvabiliteit Realisatie Prognose Prognose Prognose Prognose Prognose
2024 2025 2026 2027 2028 2029
A. Eigen vermogen + 51.792 53.672 58.220 59.205 59.744 60.304
B. Totaal passiva 230.985 244.838 256.623 264.422 272.164 274.964
Solvabiliteit 22,4% 21,9% 22,7% 22,4% 22,0% 21,9%

De structurele exploitatieruimte is van belang om te kunnen beoordelen welke structurele ruimte de gemeente heeft om de eigen lasten te dragen. Structurele baten zijn bijvoorbeeld de algemene uitkering en opbrengsten uit de onroerendezaakbelasting. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten (inclusief rente en aflossingen van leningen) te dekken. 

 

bedragen * 1.000
Structurele exploitatieruimte Realisatie Prognose Prognose Prognose Prognose Prognose
2024 2025 2026 2027 2028 2029
Saldo van baten en lasten + -3.861 1.880 4.548 985 539 560
Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves + 6.175 2.180 -3.897 345 43 3
Rekening en begrotingssaldo 2.314 4.060 651 1.330 582 563
Waarvan incidentele lasten en baten - 8.022 3.016 -1.601 -968 -968 -968
Structureel saldo -5.708 1.044 2.252 2.298 1.550 1.531
Totale saldo van baten (excl. mutatie reserves) 165.541 175.388 164.445 165.850 152.789 157.940
Structurele exploitatieruimte -3,4% 0,6% 1,4% 1,4% 1,0% 1,0%

Het kengetal grondexploitatie geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale (geraamde) baten. De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop. Hoe lager het percentage hoe beter.

 

bedragen * 1.000
Grondexploitatie Realisatie Prognose Prognose Prognose Prognose Prognose
2024 2025 2026 2027 2028 2029
A. Bouwgronden in exploitatie + 402 3.537 6.074 10.088 10.303 11.189
Totale bouwgronden 402 3.537 6.074 10.088 10.303 11.189
B. Totale saldo van baten (excl. mut. res.) / 165.541 175.388 164.445 165.850 152.789 157.940
Grondexploitatie 0,2% 2,0% 3,7% 6,1% 6,7% 7,1%

De belastingcapaciteit geeft inzicht hoe de belastingdruk in de gemeente zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Barendrecht zit in 2026 boven het landelijk gemiddelde met 121,2%, vergeleken met het landelijk gemiddelde over 2025 (t-1).

bedragen * 1.000
Belastingcapaciteit Tarieven Tarieven Tarieven Tarieven Tarieven Tarieven
2024 2025 2026 2027 2028 2029
A. OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde + 427 437 449 449 449 449
B. Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde + 199 243 294 294 294 294
C. Afvalstoffenheffing voor een gezin + 441 501 532 532 532 532
D. Eventuele heffingskorting voor een gezin - 0 0 0 0 0 0
Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 1.067 1.181 1.275 1.275 1.275 1.275
E. Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in laatst bekende begrotingsjaar / 994 1.052 1.052 1.052 1.052 1.052
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar t-1 107,3% 112,3% 121,2% 121,2% 121,2% 121,2%
Terug naar navigatie - 2. § Weerstandsvermogen en risicobeheersing - 6. Trends en ontwikkelingen risicoprofiel Barendrecht

In deze paragraaf worden de belangrijkste trends en ontwikkelingen in relatie gebracht met de risico’s van de gemeente. De gemeente kan onzekerheden positief beïnvloeden door investeringen en maatregelen te treffen. In deze paragraaf worden de belangrijkste onzekerheden en risico’s toegelicht en daarbij worden negatieve scenario’s als input gebruikt. 

Het weerstandsvermogen van de gemeente staat al geruime tijd onder druk. Ondanks positieve ontwikkelingen in de financiële positie blijft het weerstandsvermogen ook in de komende periode een belangrijk aandachtspunt. Structurele versterking is noodzakelijk om adequaat te kunnen blijven inspelen op risico’s en onverwachte tegenvallers. De gemeente ontvangt ruim de helft van hun inkomsten via een algemene uitkering uit het gemeentefonds. De meeste gemeenten voorzien voor de komende jaren tekorten omdat deze rijksbijdrage de komende jaren terugloopt.  Om hierop in te spelen worden er nu al stappen gezet om de product- en dienstverlening op een acceptabel niveau in te kunnen blijven vullen.

Project De Stationstuinen: De gemeente gaat in een periode van 10 tot 12 jaar een moderne wijk met 3.500 woningen realiseren. De ontwikkeling van de risico’s hierbij speelt een belangrijke rol en deze zal fluctueren. In de huidige meer concretere fase van het project is het inzicht in de risico's die in de verschillende fases van het project op kunnen treden veel scherper dan in de voorgaande periode waarin meerdere scenario's relatief hoge risico's bevatte. Het prijsniveau van grond-/ brandstoffen, bouwmateriaal, personeel en de toegang tot overheidssubsidies blijven continu van invloed op de hoogte van het risico, dat dient te worden beheerst.  Momenteel is dit risicocluster met € 3.276.000  aan maximaal berekend risico nog steeds de grootste in het risicoprofiel van de gemeente. De invloed er van op de weerstandscapaciteit van de gemeente ligt inmiddels een stuk lager dan voorgaande rapportage en is ook opgenomen in het risicoprofiel en de berekening van de ratio. 

 

Binnen het sociaal domein (Wmo, Jeugdwet en Participatiewet) is er in lijn met het landelijke beeld een aanhoudende trend te zien van hoge en/of stijgende kosten. De gemeente heeft hierdoor te maken met alsmaar groeiende uitgaven zonder dat hier adequate structurele financiering tegenover staat. Daarnaast betreft het veelal “open-einde” regelingen waarvan de kosten lastig in te schatten zijn. 

In de uitvoering van de Jeugdwet is de kans op overschrijding van de beschikbaar gestelde budgetten ook komend jaar groot. De hulpvraag onder jongeren is in aantal cliënten wellicht iets afgenomen, ten aanzien van voorgaande perioden van stijging, maar blijft groot en zeer kostbaar. De daarnaast beperkte beschikbaarheid van passende hulpverlening dragen bij aan het aanhouden van een onveranderd stevig risico in het gemeentelijk risicoprofiel als het gaat om de uitvoering van de Jeugdwet. Het CPB berekent richting 2026 landelijk een kostenstijging op de uitvoering van de Jeugdwet oplopend tot ruim 5%.

In de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning zullen de netto kosten en de vraag de komende jaren hoog blijven en ook hier wordt landelijk tenminste tot 2033 een kostenstijging van  boven de 2% per jaar verwacht. Uiteraard zal er lokaal binnen het sociaal domein alles aan worden gedaan om de uitvoering zo efficiënt en effectief als mogelijk uit te voeren.

De uitvoering van de BUIG (Participatiewet) laat een vrij stabiel beeld zien. Ondanks alle maatregelen op het gebied van preventie, activering en handhaving blijft dit risico stevig in omvang. Hoewel er zeker sprake is van krapte op de arbeidsmarkt blijkt er in veel gevallen maar beperkt aansluiting te zijn op diezelfde arbeidsmarkt om hier snel positieve verandering in te realiseren.  Richting 2026 wordt een lichte stijging in de werkloosheid voorzien. 

Schuldhulpverlening, bijzondere bijstand (open eind-regelingen): De groep huishoudens die het risico loopt de vaste lasten niet meer te kunnen betalen neemt toe en beperkt zich niet tot alleen de lage inkomens. Een groeiende groep inwoners en ondernemers zal naar verwachting een beroep gaan doen op ondersteuning bij het voorkomen/beperken van schulden en/of faillissement. De kosten van bijzondere bijstand en schuldhulpverlening zullen de komende jaren waarschijnlijk nog licht blijven stijgen. 

ICT/ Informatiebeveiliging en Privacy. De bescherming van alle gevoelige informatie en het aanbieden van moderne en veilige digitale product- en dienstverlening ontkomt ook niet aan oplopende kosten van noodzakelijk onderhoud, beheer en doorontwikkeling. De kosten voor ICT en informatiebeveiliging lopen de laatste jaren sneller op. Burgers verwachten daarbij steeds meer op het gebied van digitale dienstverlening. De gemiddelde kosten op ICT gebied per inwoner per jaar ontwikkelt zich inmiddels naar circa € 110. Deze risico’s maken voor een belangrijk deel onderdeel uit van processen waar De BedrijfsvoeringsPartner zorg voor draagt.

De wetgeving op het gebied van informatiebeveiliging en privacybescherming wijst de gemeente altijd als risico eigenaar aan en stelt harde toenemende eisen aan techniek, inrichting, beschikbare competenties en capaciteit. Dit alles is noodzakelijk om de dienstverlening op peil te houden, maar helaas ook om kwaadwillenden te weren uit onze digitale omgeving. De gemeente werkt hierin nauw samen met de Informatiebeveilingsdienst en De BedrijfsvoeringsPartner.

Risico’s De BedrijfsvoeringsPartner: De (niet primaire) taken die vallen onder het technische beheer en het ondersteunen van de product- en dienstverleningsprocessen van de gemeente(n) worden door De BedrijfsvoeringsPartner uitgevoerd. De bedrijfsvoeringsrisico’s die hierbij bestaan vormen het risicoprofiel van de BedrijfsvoeringsPartner. De gemeente deelt naar rato in het afdekken van een deel van deze risico’s. Dit risico is als één cluster opgenomen in de top 10.  Invulling geven aan de bedrijfsvoering voor de gemeenten is uitdagend en vraagt om continue innovatie en ontwikkeling. Waar de gemeenten steeds nieuwe taken krijgen toebedeeld gaat dit in gelijke tred ook op de voor de ondersteuning ervan ten aanzien van de bedrijfsvoering en daarmee de ontwikkeling van het risico.

Risico’s door garantstellingen: De gemeente verstrekt garantstellingen en neemt hiermee ook risico’s. Op voorhand worden de risico’s afgewogen en wordt gekeken naar de voordelen die er bereikt kunnen worden. Denk hierbij aan het ondersteunen van de lokale economie en maatschappelijke doelen zoals sociale woningbouw en verduurzamingsprojecten. De gemeenten in Nederland zorgen samen met de rijksoverheid voor degelijke vangnetconstructies. Hierdoor zijn de risico’s relatief klein.

Bestuurlijke en financiële verhoudingen Rijk en decentrale overheden (risico Rijksbijdrage gemeentefonds): Er is al langere tijd sprake van een (toegenomen) disbalans tussen financiële en bestuurlijke verhoudingen tussen Rijk en decentrale overheden. Zoals eerder aangegeven zorgen de teruglopende bijdragen van het gemeentefonds en de nieuwe verdeel- en berekensystematiek van het gemeentefonds voor grote onzekerheid. 

Decentralisaties/ nieuwe & aangepaste wettelijke taken. Het transformeren naar een uitgebalanceerde uitvoeringsorganisatie voor de vanuit het Rijk gedecentraliseerde taken als wel het implementeren en ten uitvoer leggen van nieuwe en aangepaste wetten en regelgeving is en blijft een zeer complexe en uitdagende opgave en waaraan altijd risico’s zijn verbonden.