Met ingang van het controle jaar 2023 legt het college – en dus niet meer de accountant – een verantwoording af over de rechtmatigheid. De accountant controleert deze gegevens daarna op getrouwheid. De kaders waarbinnen deze rechtmatigheid wordt getoetst zijn vastgelegd in de Financiële Verordening en het normenkader. De raad heeft hierin een verantwoordingsgrens vastgesteld van 1% van de totale lasten (inclusief dotaties aan reserves) en een rapportagegrens van € 100.000. De verantwoordingsgrens houdt in dat rechtsmatigheidsfouten pas in de rechtmatigheidsverantwoording worden opgenomen en toegelicht, wanneer zij boven het door de raad vastgestelde percentage komen. De verantwoordingsgrens is over het verslagjaar 2024 niet overschreden.
Medio 2025 zijn het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (BADO) aangepast. Deze wijzigingen hebben gevolgen voor de inrichting van de begroting, de verantwoording en de accountantscontrole binnen gemeenten vanaf het verslaggevingsjaar 2025.
Een belangrijke wijziging betreft de wijze waarop fouten en onzekerheden in de rechtmatigheidsverantwoording worden beoordeeld. Voorheen golden afzonderlijke materialiteitsgrenzen voor fouten (1%) en onzekerheden (3%). Vanaf 2025 worden fouten en onzekerheden gezamenlijk beoordeeld en hanteert de accountant hierbij één materialiteitsgrens van 2% van de totale lasten, exclusief dotaties aan de reserves.
In lijn met deze landelijke ontwikkelingen wordt voorgesteld om deze benadering ook in onze gemeentelijke financiële verordening vast te leggen. Vooruitlopende op de formele vastlegging en vaststelling in de financiële verordening worden de volgende uitgangspunten in de begroting 2026 opgenomen:
Verantwoordingsgrens: 2% van de totale lasten, exclusief dotaties aan reserves;
Rapportagegrens: € 100.000.
Deze aangepaste grenzen worden gehanteerd bij de uitvoering van de rechtmatigheidsverantwoording en de accountantscontrole. Hiermee wordt aangesloten op de landelijke regelgeving en de gewijzigde controlepraktijk van accountants.
In deze paragraaf worden bij de jaarstukken, op basis van de kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV aanvullende informatie opgenomen over:
• De individueel geconstateerde afwijkingen uit de rechtmatigheidsverantwoording, mits deze de rapportagegrens overschrijden;
• Welke acties wij ondernemen om afwijkingen uit de rechtmatigheidsverantwoording in de toekomst te voorkomen;
• Niet-financiële onrechtmatigheden in verband met het niet naleven van bijvoorbeeld het beleid ten aan zien van Misbruik en Oneigenlijk gebruik, de bepalingen in de Gids Proportionaliteit en de wet Fido en bijbehorende regelingen (bijvoorbeeld toelichting opnemen over fraude door eigen medewerkers).