Saldoverklaring

Saldoverklaring

Terug naar navigatie - Saldoverklaring

Het saldo na de 2e tussenrapportage was € 2.557.300 negatief. Het uiteindelijke saldo van de jaarrekening is uitgekomen op een jaarresultaat van € 1.238.357 positief, dat wil zeggen dat de mutaties na de 2e tussenrapportage een voordeel hebben opgeleverd van € 3.795.657. In de analyse van het saldo hierna worden de afwijkingen groter dan € 100.000 toegelicht. In onderstaand overzicht zijn deze opgenomen. De overige afwijkingen (vanaf € 25.000 tot € 100.000) worden in de programma’s toegelicht bij het onderdeel ‘Wat heeft het gekost’

 

Saldo na 2e Tussenrapportage 2020 -2.557.300
tekort
Nadelen
1 Wmo huishoudelijke verzorging ZIN 624.196
2 Degeneratie inkomsten 602.148
3 Lokale jeugdhulp ZIN 592.145
4 Financiële tegemoetkoming schade corona cultuur 275.103
5 Wmo begeleiding en overige in natura 267.375
6 Extra storting voorziening pensioenen (voormalige) wethouders 265.951
7 Vennootschapsbelasting 247.146
8 Specialistische jeugdvoorzieningen in natura 123.497
Totaal nadelen 2.997.561
Voordelen
9 Algemene uitkering 1.927.441
10 Baten Wabo vergunningen 941.726
11 Naheffing btw 845.276
12 Bijdrage GR BAR 801.156
13 Wet BUIG uitkeringen 1.078.464
14 Re-integratie projecten 180.333
15 Marktinitiatief locatie Rabobank 171.769
16 Wijkteams 171.073
17 Planmatig onderhoud waterwegen 155.748
18 Bouw- en woningtoezicht 119.572
Totaal voordelen 6.392.558
Overige afwijkingen (< € 100.000) 400.660
Totaal afwijkingen na 2e Tussenrapportage 2020 3.795.657
Saldo Jaarrekening 2020 1.238.357
overschot

1. Wmo huishoudelijke verzorging ZIN (€624.196nadeel)
Op het moment van opstellen van de 2e Tussenrapportage is niet bijgeraamd, omdat in juni nog niet duidelijk was hoe de huishoudelijke verzorging zich zou ontwikkelen tijdens corona. Vanwege de coronamaatregelen was onduidelijk in hoeverre huishoudelijke verzorging ook geboden kon worden. Waardoor onvoorspelbaar bleef of de maatregelen tot een onder-realisatie van de dienstverlening zou leiden. De afgelopen jaren zijn de kosten voor huishoudelijke verzorging sterk gestegen, dit is in 2020 ook het geval. Aanleiding voor deze toename is het abonnementstarief, waardoor een grotere groep inwoners een beroep doet op de huishoudelijke verzorging. Met de invoering van het abonnementstarief is de financiële drempel (een eigen bijdrage) niet meer van toepassing Wat opvalt is de groei in het aantal unieke cliënten. In 2020 was sprake van een stijging van 10% in de periode januari tot en met november. Het gemiddeld aantal cliënten in 2020 (830) ten opzichte van het gemiddeld aantal cliënten in 2019 (719) steeg met 16%. De kosten stegen met 22%.

2. Degeneratie inkomsten (€602.148 nadeel)
De begrote degeneratie inkomsten van €580.000 zijn niet gerealiseerd. Als gevolg van corona is het project van L2Fiber stil komen te liggen. Inmiddels is duidelijk dat dit bedrijf niet meer zal overgaan tot aanleg. Wel zijn er vergaande gesprekken met een andere marktpartij om alsnog te komen tot aanleg van een glasvezelnetwerk. Dit onder gelijke voorwaarden als destijds overeengekomen met L2Fiber. De verwachting is dan ook dat de voor 2020 geraamde opbrengst in 2021 wel ontvangen zal worden. Daarnaast is sprake van hogere onderhoudslasten. In 2020 is grootschalig onderhoud aan de Portlandse Baan uitgevoerd. In het budget was geen rekening gehouden met de hogere lasten voor geluid reducerend asfalt. Deze hogere lasten worden gedekt uit de reserve omgevingslawaai.

3. Lokale jeugdhulp ZIN (€592.145 nadeel)
In de 1e Tussenrapportage is reeds een bedrag van € 1.088.800 bijgeraamd. Desondanks is er eind 2020 een extra tekort ontstaan van ruim 6 ton. Er is minder doorverwezen naar de regio door o.a. wachttijden bij specialistische jeugdhulp. Hierdoor wordt eerder uitgeweken naar lokale aanbieders. Door cliënten wordt ook steeds vaker een expliciete voorkeur voor inzet lokale jeugdhulp uitgesproken. Het is dichter bij huis en heeft t.a.v. (zorg)vervoer de voorkeur. Daarnaast zien we meer specialistische inzet door meer onderaannemers bij lokale partijen. Er is een toename van complexe problematiek, waardoor arrangementen in 2020 zwaarder, duurder en vaker verlengd zijn geworden. De coronacrisis is mede van invloed geweest op verhoogde en zwaardere inzet. Door de coronacrisis vragen veel ouders om ondersteuning ter ontlasting in de zorg voor hun kinderen. Dit wordt bijna altijd afgegeven op lokale aanbieders. Regionale aanbieders bieden dergelijke hulp niet. Vanuit het kabinet zijn extra middelen beschikbaar gesteld voor corona-gerelateerde meerzorg en inhaalzorg. De verwachting is dat door de coronacrisis een groter beroep gedaan zal worden op lokale jeugdhulp en dat de stijging structureel is.

4. Financiële tegemoetkoming schade corona cultuur (€275.103 nadeel)
De gemeente heeft via de algemene uitkering zogenaamde ‘Ollongren-gelden cultuur’ ontvangen van €281.000. Via een raadsinformatiebrief op 13 november 2020 is de raad geïnformeerd dat deze gelden ingezet zouden worden voor de ondersteuning van de cultuursector. Het betreft dus feitelijk een budgettair neutrale mutatie.

5. Wmo begeleiding en overige in natura (€267.375 nadeel)
Het tekort is het gevolg van een toename van het aantal cliënten met een beschikking voor reguliere en gespecialiseerde begeleiding. In 2020 is de reguliere begeleiding met 11% gestegen van gemiddeld 110 cliënten in 2019 naar gemiddeld 122 in 2020. De gespecialiseerde begeleiding steeg met 19% van gemiddeld 45 cliënten in 2019 naar gemiddeld 54 cliënten in 2020. Op basis van de gegevens tijdens de 2e Tussenrapportage was nog niet voldoende informatie aanwezig om een juiste prognose te kunnen maken van de toename. Vanaf juli zagen we een sterkere toename van het aantal cliënten, met name van de (intensievere en daarmee kostbare) gespecialiseerde begeleiding.

6. Extra storting voorziening pensioenen (voormalige) wethouders (€265.951 nadeel)
De storting in de voorziening pensioenen wethouders was voor 2020 begroot op €192.500. Bepalend voor de hoogte van de werkelijke storting is vooral de rekenrente van 2020, die moet worden gehanteerd voor het bepalen van de stand van deze voorziening op waarde peildatum 31 december 2020. Die is ten opzichte van 2019 wederom gedaald van 0,290% naar 0,082%. Een daling van de rekenrente leidt automatisch tot een hogere storting dan begroot. Omgekeerd zou een stijging van de rekenrente hebben geleid tot een vrijval vanuit de voorziening en dus een voordeel. Nu bij de jaarrekening 2020 moet daardoor extra €265.951 in de voorziening worden bijgestort.

7. Vennootschapsbelasting (€247.146 nadeel)
Vanaf het jaar 2016 moeten gemeenten ook vennootschapsbelasting (vpb) betalen. Voor de jaren 2016 tot en met 2018 zijn de vpb-aangiften definitief ingediend. Hieraan liggen uitgebreide dossiers en standpunten ten grondslag. Recentelijk heeft de Belastingdienst formeel de aanslagen vpb voor deze jaren aan ons opgelegd. Zij volgt hierbij al onze standpunten, met uitzondering van het onderwerp reclameopbrengsten. De Belastingdienst ziet dit als vpb-plichtige activiteit en veel gemeenten zijn van mening dat dit juist geen vpb-plichtige activiteit is. Ook de VNG is het met de gemeenten eens. We hebben op dit moment dus te maken met naheffingsaanslagen 2016-2018. Ook voor 2019 en 2020 zijn de hieruit voortvloeiende financiële gevolgen (jaarlijkse extra vpb-lasten van circa € 55.000) verwerkt. Dit heeft tot gevolg dat er, inclusief deze naheffingsaanslagen, een nadeel van €259.448 is voor 2020. De VNG heeft geadviseerd bezwaar te maken tegen de vpb-aanslagen. Barendrecht heeft dit advies gevolgd en bezwaar gemaakt. We zijn met de Belastingdienst in overleg om eventueel aan te kunnen haken bij de verschillende proefprocedures die door een aantal andere gemeenten zijn gestart. Dat houdt in dat onze bezwaren dan aangehouden zouden kunnen worden, totdat de Hoge Raad een oordeel heeft gegeven. De aanslagen zijn wel betaald en bij een gunstig oordeel van de Hoge Raad zal dit dus een voordeel opleveren. Op deze wijze wordt geen fiscaal/ financieel risico gelopen.

8.Specialistische jeugdvoorzieningen in natura (€ 123.497 nadeel)
De voorlopige jaarrekening 2020 van de GR Jeugdhulp Rijnmond komt uit op een extra bijdrage voor de gemeente van € 91.799. In het 2e kwartaal van 2021 zal de jaarrekening 2020 van de GRJR worden vastgesteld. Daarnaast is er een nadeel door een maatwerktraject dat ingezet is bij het Nidos, in het kader van de verlengde pleegzorg (jeugdwet).

9. Algemene uitkering (€1.927.441 voordeel)
Het incidentele voordelige resultaat van €1.927.000 wordt met name veroorzaakt door het 1e t/m 3e steunpakket corona en overige voordelen uit de september- en decembercirculaire 2020 die niet meer in de begroting konden worden opgenomen. Ook waren er incidentele voordelige afrekeningen van €374.596 over de boekjaren 2018 en 2019.

10. Baten Wabo vergunningen (€941.726 voordeel)
Het afgelopen jaar zijn er 24% meer aanvragen voor omgevingsvergunningen ingediend dan in 2019. Dit betreft veel kleinere verbouwingen, maar ook een aantal grotere projecten met dito hoge legesopbrengsten. De geschatte totale legesinkomsten voor 2020 zijn circa €1.875.000. Dit resulteert in een voordeel van €941.726 in 2020 ten opzichte van de geraamde leges.

11. Naheffing btw (€845.276 voordeel)
Via een raadsinformatiebrief op 1 december 2020 hebben we u uitgebreid geïnformeerd over de afwikkeling van de BTW/BCF-beroepszaken die we hadden lopen bij de belastingdienst over de periode 2008-2013. Een bedrag van € 300.000 valt vrij uit de voorziening naheffing BTW+BCF 2008-2013.
Daarnaast heeft de gemeente een totaalbedrag van €511.882 ontvangen wegens rentevergoedingen op de afgeronde fiscale procedures BCF (btw-compensatiefonds) 2007-2013 en vanuit de vaststellingsovereenkomst btw 2009-2011. Het betreft hier een incidenteel voordeel. De Hoge Raad heeft de afgelopen jaren in arresten uitspraken gedaan. De bijbehorende rentevergoedingen dienen volgens de BBV-voorschriften op de post financiering te worden verantwoord, niet in de btw-voorziening. De terugontvangen btw en bcf bedragen zijn verwerkt in de btw-voorziening per eind 2020.
De overige voordelen van €33.394 betreffen een voordeel op een bezwaar over de BCF-aangifte van 2014, het saldo van een suppletieaangifte over het boekjaar 2019 en de afwikkeling van de BTW/BCF Nedvang 2015-2019.

12. Bijdrage GR BAR (€801.156 voordeel)
Dit voordeel komt met name door het positieve rekeningsaldo 2020 van de GR BAR. Dit voordeel bedraagt € 2.209.307, waardoor Barendrecht een bedrag terugontvangt van € 861.411. Dit bestaat uit een bedrag van € 378.400 aan onderbesteding op budgetten die voor een specifiek doel ter beschikking gesteld waren en een overig voordeel van € 483.011. Voor de onderbesteding van de budgetten worden verder op in de jaarstukken voorstellen gedaan om deze als doorgeschoven prestaties mee te nemen naar 2021. Daarnaast krijgen we een bedrag terug op het maatwerk van € 276.700. Er was al rekening gehouden met een teruggave van € 184.000, waardoor er een voordeel van € 92.700 is in de jaarrekening. Per saldo (rekeningsaldo en maatwerk) levert dit een voordeel op van € 983.600. Er blijft dan een nadeel over van € 152.955 dat voornamelijk veroorzaakt wordt door het kostprijsverhogend deel van de btw in de bijdrage dat niet verrekenbaar is. Er was rekening gehouden met 4%. In werkelijkheid is dit percentage 6%.
-Rekeningsaldo € 861.411 voordeel
-Maatwerk € 92.700 voordeel
-Kostprijsverhogend deel btw -€ 152.955 nadeel
-Totaal € 801.156 voordeel

13. Wet BUIG-uitkeringen (€1.078.684 voordeel)
Het overschot op deze post komt deels (€ 545.418) door het uitblijven van een flinke stijging in het uitkeringsbestand. Bij de hoogte van het landelijke totaalbedrag en het gehanteerde verdeelmodel voor gemeenten is hier wel rekening mee gehouden. Op de post ‘loonkostensubsidie' is wel meer uitgegeven. Dit betekent dat we arbeidsgehandicapten beter hebben kunnen behouden op de arbeidsmarkt.
De uitvoeringskosten voor de TOZO-regeling voor 2020 bedragen €244.171. De rijksbijdrage voor de uitvoeringskosten, die de gemeente ontvangen heeft in 2020, is € 533.046 hoger dan deze kosten en moet volgens de TOZO-regeling als bate in de jaarrekening 2020 verantwoord worden.

14. Re-integratie projecten (€180.333 voordeel)
Dit voordeel kan worden verklaard door de achtergebleven kosten voor de uitstroomprojecten. Door de maatregelen rondom corona is het niet mogelijk geweest om alle projecten uit te voeren. Te denken valt aan sollicitatie- en motivatietrainingen en beroepsopleidingen.

15. Marktinitiatief locatie Rabobank (€171.769 voordeel)
Er wordt nog voor € 370.000 aan kosten verwacht. Hierdoor kan van de boekwaarde van € 541.769 een bedrag van € 171.769 vrijvallen ten gunste van het resultaat.

16. Wijkteams (€171.073 voordeel)
Dit voordeel komt met name door het feit dat vacatures (door verloop van personeel) en verzuim (door ziekte of zwangerschap) niet of moeilijk kunnen worden ingevuld. Schaarste op de arbeidsmarkt speelt hierin een belangrijke rol. De verhuizing van een wijkteam binnen Carnisselande naar bibliotheek ’t Plein heeft nog niet plaatsgevonden. We stellen daarom voor het budget van € 50.000 door te schuiven naar 2021.

17. Onderhoud waterwegen (€155.748 voordeel)
Als gevolg van problemen bij het afvoeren en storten van bagger op het gebied van PFAS en fosfor-waarden in de bagger en de coronamaatregelen (beperkte menskracht bij de aannemer) is een deel van de werkzaamheden vertraagd. Deze zullen alsnog in het 1e kwartaal van 2021 uitgevoerd worden. Het budget moet daarom doorgeschoven worden naar 2021.

18. Bouw- en woningtoezicht (€ 119.572 voordeel)
Dit voordeel is ontstaan door de volgende projecten die in 2020 niet uitgevoerd zijn:
Project ‘digitalisering bouwvergunningen’.
In 2020 is het project ‘digitaliseren bouwvergunningen’ in verband met de coronaregels gestopt. Het fysiek scannen van de dossiers met meerdere medewerkers was niet verantwoord. Het voor 2020 bedoelde projectbudget is daarom niet uitgegeven. Hoogstwaarschijnlijk besteden we de opdracht in 2021 uit aan een externe partij die de taak wel ‘coronaproof’ kan uitvoeren. We stellen daarom voor het resterende projectbudget van €73.000 door te schuiven naar 2021.
Project ‘ Invoering Wet Kwaliteitsborging (Wkb)’.
In 2020 is een budget van €25.300 beschikbaar gesteld voor het ‘project invoering Wkb’. Dit is met name bedoeld voor zogenaamde ‘proefprojecten Wkb’. Bij deze projecten oefenen we met het inzetten van de ‘private kwaliteitsborger’ in het bouwproces. De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen is echter uitgesteld van 1 januari 2021 naar 1 januari 2022. We stellen daarom voor om het budget van €25.300 door te schuiven naar 2021 voor het uitvoeren van proefprojecten in 2021.
Budget ‘projectmatige controles illegale bouw’.
Dit budget is beschikbaar gesteld voor de afhandeling van handhavingszaken voortkomend uit de integrale controles van bedrijventerreinen. Vanwege corona zijn er in 2020 geen integrale controles uitgevoerd. In 2021 staan er weer nieuwe controles op de planning. We stellen daarom voor om het budget van € 21.200 door te schuiven naar 2021.

Jaar overschrijdende Projecten/Doorgeschoven prestaties
In de jaarrekeningen 2020 van de GR BAR-organisatie en Barendrecht is sprake van een onderbesteding op enkele budgetten die voor een specifiek doel ter beschikking gesteld waren. Voorgesteld wordt om deze budgetten mee te nemen naar 2021. Het betreft:

Jaar overschrijdende Projecten jaarrekening 2020 GR BAR-organisatie (totaal €378.400)
Dit zijn de volgende budgetten (nr. 19 t/m 22):

19. Implementatie omgevingswet (€134.800 doorschuiven naar 2021)
Medio 2020 werd bekend dat de invoering van de Omgevingswet van 1 januari 2021 wordt uitgesteld naar 1 januari 2022. Dit uitstel houdt verband met een tegenvallende ontwikkeling van het landelijke Digitaal Stelsel Omgevingswet. Ook corona was van invloed op het uitstel. Het programma Omgevingswet is op deze ontwikkelingen aangepast. In 2020 zijn hierdoor alleen kosten gemaakt voor personeel en het organiseren van bijeenkomsten. Om te kunnen voldoen aan de wettelijke invoeringseisen is het noodzakelijk dat het resterende programmabudget van 2020 (€345.600) doorschuift naar 2021. Voor Barendrecht is dit een bedrag van €134.800. Het grootste deel van de geplande uitgaven voor met name ICT (software voor VTH (Vergunningverlening, toezicht en handhaving), Toepasbare regels en Omgevingsplannen) zal worden gemaakt vanaf 2021.

20. Uitvoeringsplan Fiscale Control (€14.600 doorschuiven naar 2021)
In de 2e Tussenrapportage 2020 van de BAR is een budget van €50.000 beschikbaar gesteld voor een fiscaal uitvoeringsplan in verband met de ontwikkeling bij de Belastingdienst naar een nieuw en zwaarder toezichtkader vanaf 2022.
In vervolg hierop is eind 2020 het uitvoeringsplan ‘Optimalisatie fiscale beheersing 2021-2022 BAR, in verband met doorontwikkeling Horizontaal Toezicht Belastingdienst’, opgesteld en op 17 februari 2021 besproken in het Dagelijks Bestuur. In dit uitvoeringsplan zijn twaalf acties uitgewerkt, waaronder:
o het uitvoeren en structureel borgen van de 18 maatregelen / bevindingen vanuit de btw-onderzoeken 2019;
o elk kwartaal per bedrijf een fiscale steekproef trekken conform de controleaanpak van de Belastingdienst;
o het invoeren en onderhouden van een fiscale risicocatalogus;
o ‘open vizier’ overleggen met de Belastingdienst om te bezien of we voor de drie gemeenten en de BAR in aanmerking kunnen komen voor een convenant Horizontaal Toezicht, waarbij we kunnen aantonen dat we toewerken naar de door de Belastingdienst gewenste doorontwikkeling en dat die gereed is per eind 2022,
o het geven van een aantal gerichte in company fiscale cursussen.
Van het beschikbaar gestelde budget van €50.000 is in 2020 €12.500 uitgegeven voor het uitvoeren van btw-onderzoeken 2019. Dit om te weten te komen waar we fiscaal gezien ‘staan’ en om suppletieaangiften 2019 voor de drie gemeenten te kunnen doen. De andere acties dienen in vooral 2021 en 2022 uitgevoerd te worden, waarbij het dit jaar overgebleven budget van €37.500 nodig zal zijn. Het deel voor Barendrecht is €14.600.

21. Project GIDS (€144.000 doorschuiven naar 2021)
Voor de afronding van GIDS was in 2020 een budget van €479.300 beschikbaar. Dit bedrag was bedoeld voor de afronding en implementatie van meerdere projecten die onder GIDS vallen. Bij al deze projecten speelt ICT een belangrijke rol. Corona heeft de uitvoering van een aantal projecten vertraagd. Zo had de invoering van de robot voor de Tozo (Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers) op dat moment een hogere prioriteit dan bijvoorbeeld de digitalisering van post- en archiefzaken. Dit neemt niet weg dat de projecten, waarvoor budgetoverheveling wordt gevraagd, noodzakelijk zijn voor een goede dienstverlening en/of borging van de rechtmatigheid. De totale kosten bedragen €369.400, waarvan €144.000 voor Barendrecht is. Het betreft de volgende projecten:
1. Digitalisering post- en archiefzaken: €133.200;
2. Niet verlengen van contracten: €130.200;
3. Implementatie e-diensten inkomen: €51.000;
4. Opzetten en implementatie kwaliteitsmanagement: €30.000;
5. Informatievoorziening contractmanagement: €25.000.

22. Strategische Personeels Planning (SPP) (€85.000 doorschuiven naar 2021)
Voor het SPP was in 2020 een budget beschikbaar gesteld van € 560.000. Dit budget is niet volledig benut, omdat veel interventies vanwege de beperkende coronamaatregelen in 2020 niet gerealiseerd konden worden. Dit gold voor talentontwikkeling, duurzame inzetbaarheid, (team)coaching en mobiliteit. Het voorstel is daarom het restant van het budget over te hevelen naar 2021 zodat de geplande interventies alsnog uitgevoerd kunnen worden. Dit is een bedrag van € 218.000, waarvan het deel voor Barendrecht € 85.000 betreft.

Doorgeschoven prestaties jaarrekening 2020 Barendrecht (totaal €514.900)
Dit zijn de volgende budgetten (22 t/m 29):

23. Onderhoud waterwegen (€155.000 doorschuiven naar 2021)
Zie toelichting bij nr. 17.

24. Bouw- en woningtoezicht (€119.500 doorschuiven naar 2021)
Zie toelichting bij nr. 18.

25. Communicatie (€25.000 doorschuiven naar 2021)
In 2020 kon, als gevolg van corona, geen invulling worden gegeven aan de uitvoering van het project dat zich richt op het beter inzetten en benutten van de verschillende communicatiekanalen van Barendrecht. In 2021 willen we ons richten op de doorontwikkeling van webcare en media-analyse en beter inzicht krijgen in de voorkeurskanalen van de burger. Hiervoor willen we o.a. een lezersonderzoek laten doen naar de kanalen van de gemeente en mediabeleid formuleren. Ook willen we ‘Coosto’ (webcare tool) door ontwikkelen en webcare-medewerkers opleiden. Ook zal gekeken worden naar de onlinedienstverlening (e-diensten Burgerzaken, gebruiksvriendelijker maken van de navigatie van de gemeentelijke website en het checken/aanpassen van de webteksten naar b1-niveau).

26. Gebiedsvisie Koedoodzone (€16.800 doorschuiven naar 2021)
Afgelopen jaar is een gebiedsvisie vastgesteld voor de Koedoodzone. Momenteel zijn we met de Provincie in overleg hoe deze ontwikkeling past binnen de beleidskaders van de Provincie. Om de gewenste kwaliteitsslag te maken voor dit gebied heeft de gemeente ervoor gekozen om de eigenaren in staat te stellen hun kavels te gaan ontwikkelen. Er worden gesprekken gevoerd met deze eigenaren over de wijze waarop de kavels ontwikkeld kunnen worden. Een mix van het landelijke, groene karakter met woningbouw is daarbij het uitgangspunt.

27. Openbaar groen (€78.600 doorschuiven naar 2021)
Vlietweg (€20.000)
Het vervangen van de riolering en overlast gevende perenbomen langs de Vlietweg stond voor 2020 op de planning. Vanwege personele wisselingen en langere voorbereidingstijd wordt het project nu in 2021 uitgevoerd. Er is eind 2020 een begin gemaakt met het rooien van de bomen.
Middeldijkerplein (€20.000)
De herinrichting van het Middeldijkerplein stond voor 2020 gepland. Vanwege de impact van corona hebben de aannemers meer tijd voor het indienen van hun offerte gevraagd. De aanbesteding is daardoor uitgelopen. Daarnaast worden de werkzaamheden afgestemd op de verbouwing van de bibliotheek. Deze verbouwing is uitgelopen. Na afronding van de verbouwing van de bibliotheek kan gestart worden met de herinrichting van het plein. Deze werkzaamheden worden in 2021 uitgevoerd.
Tiny Forest (€10.000)
De planning was om eind 2020 de eerste Tiny Forest in Barendrecht aan te planten. Door corona is dat niet gelukt en is de aanplant verschoven naar maart 2021.
Populieren Voordijk (€28.600)
Vanwege de takbreukgevoeligheid worden 16 populieren langs de Voordijk gekapt. Deze werkzaamheden stonden voor 2020 gepland. De groenbeheerder is vanwege corona niet meer toegekomen aan de verdere voorbereiding van het plan. Dit wordt in 2021 uitgevoerd.

28. Toekomstvisie Oude Dorp (€16.000 doorschuiven naar 2021)
In 2020 is in het participatieproces met de twee bewonersverenigingen in de Oude Dorpskern gestart met de parkeeropgave. Als gevolg van corona ging alle aandacht uit naar het mogelijk maken van terrassen op het Doormanplein. In de zomer is, op initiatief van de verenigingen, ingezet op eenrichtingsverkeer in de Dorpsstraat, om de verkeerssituatie overzichtelijker maken. Er is veel tijd en energie in dit proces gestoken. Hierdoor is er geen ruimte geweest om de toekomstvisie gezamenlijk in 2020 op te pakken. De toekomstvisie zal waarschijnlijk in het 4e kwartaal van 2021 aan de raad worden aangeboden.

29. Omgevingsvisie (€54.000 doorschuiven naar 2021)
Voor het opstellen van de omgevingsvisie voor Barendrecht is eenmalig een bedrag van €125.000 beschikbaar gesteld, verdeeld over twee jaarschijven: €90.000 voor 2020 en € 35.000 voor 2021. Door de impact van de coronacrisis hebben we in 2020 minder voortgang in het participatietraject kunnen maken dan oorspronkelijk gepland. Daarom stellen wij voor het resterende budget voor 2020 over te hevelen naar 2021.

30. verhuizing wijkteam naar bibliotheek ‘t Plein (€ 50.000 doorschuiven naar 2021)
Zie toelichting bij nr. 16.

Er wordt voorgesteld een bedrag van €893.300 over te hevelen naar 2021. Dit komt ten laste van het positieve rekeningsaldo van €1.238.357. Het overschot van €345.057 komt ten gunste van de algemene reserve.

Implementatie omgevingswet 134.800
Uitvoeringsplan Fiscale Control 14.600
Project GIDS 144.000
Strategische Personeels Planning 85.000
Doorgeschoven prestaties GR BAR 378.400
Onderhoud waterwegen 155.000
Bouw- en woningtoezicht 119.500
Communicatie 25.000
Gebiedsvisie Koedoodzone 16.800
Openbaar groen 78.600
Toekomstvisie Oude Dorp 16.000
Omgevingsvisie 54.000
Verhuizing wijkteam naar bibliotheek 't Plein 50.000
Doorgeschoven prestaties Barendrecht 514.900
Totaal 893.300